Hoek Logo
WATERPOST, Jaargang 5, nummer 2, juli 2014

Wisseling van de wacht

Afscheid Eddy Moorman

 

Woensdag 28 mei nam Eddy Moorman afscheid van Stichting Waterproef. Hij is weer terug naar de arbeidspool bij Waternet, de plek vanwaar hij enkele jaren geleden naar Waterproef kwam. Daar ligt  alweer een nieuwe uitdaging op Eddy te wachten: De begeleiding van de reorganisatie van de afdeling Toezicht en Handhaving bij Waternet.
Eddy heeft bij Waterproef in eerste instantie de lege plek opgevuld, die was ontstaan door de ziekte van afdelingshoofd Robert Sikkes. Eigenlijk kon hij, door een herschikking van taken, al een half jaar eerder terug naar Waternet, ware het niet dat een blijde verwachting bij Anneke Zonjee weer een bres sloeg in het aantal afdelingshoofden. Maar nu gelukkig tijdelijk. Per 1 juni is Anneke terug. Zij gaat (net als Eddy deed) zich als afdelingshoofd voornamelijk bezighouden met het productieproces en interne zaken. Willie van den Berg blijft als afdelingshoofd voor monstername en biologie vooral belast met Klant, Kwaliteit, Innovatie en Markt.

De redactie van Waterpost had nog een kort gesprek met Eddy. Daaruit blijkt, dat hij een zeer prettige tijd bij Waterproef heeft gehad, met veel afwisseling en veel uitdagingen. Uitdagingen, zoals het fusieproces waar Waterproef en het Waterlaboratorium nu mee bezig zijn en waarin hij een rol had in de werkgroep huisvesting en de werkgroep proces en organisatie. Bijzonder vond Eddy de cultuur bij Waterproef: “Waterproef is volgens mij een hechte familie, met veel zorg voor elkaar en voor het bedrijf. Met een cultuur ook, waarin verantwoordelijkheid op de werkvloer wordt gegeven en genomen. Misschien verklaart dat ook, dat er, juist nu er zoveel hectiek is en ook was, zo’n prachtig resultaat is gehaald bij de controle van de RvA. Waterproef en je medewerkers, het ga jullie goed!”

 

Lunchlezingen;

Baggernut

In opdracht van Waternet heeft Waterproef het project Baggernut uitgevoerd. Baggernut staat voor nutriënten in bagger. De aanleiding voor dit project was:

  • Dat waterbeheerders moeilijk kunnen inschatten of in een bepaald oppervlaktewater sprake is van nalevering van nutriënten, c.q. interne eutrofiëring,
  • Dat er nog onvoldoende kennis is van de processen die baggervorming en interne eutrofiëring veroorzaken,
  • Dat we niet goed weten welke maatregelen effectief zijn in het beperken of stoppen van interne eutrofiëring.

De opdracht voor het project Baggernut was: Reduceer de onzekerheden en vul de leemtes in kennis op.

Voor het project is veel literatuur- en praktijkonderzoek uitgevoerd. Voor het praktijkonderzoek heeft Waterproef veel monsters van porievocht uit de bovenste laag van het sediment van plassen (ook wel interstitieel water genoemd) in het Waternetgebied genomen en geanalyseerd. Daaruit is onder meer gebleken, dat metingen in porievocht een indicatie geven voor nalevering van nutriënten, en dat er een sterke relatie bestaat tussen de nalevering van fosfaat en stikstof. Verder is vastgesteld, dat temperatuur een lineair effect heeft op nalevering.

Het project heeft twee instrumenten opgeleverd, waarmee de waterbeheerders:

  • De interne eutrofiëring op een betrouwbare maar eenvoudige en goedkope wijze kunnen kwantificeren (de QuickScan),
  • Kunnen nagaan hoe groot de rol van deze interne eutrofiëring is op het watersysteem en met welke maatregelen de nalevering van nutriënten kan worden beperkt (de Bodemdiagnose tool).

Hierdoor kunnen de waterbeheerders vanaf nu gerichte maatregelen nemen om de kwaliteit van het oppervlaktewater en het daarbij horende ecosysteem te verbeteren.

De Papierfabriek

We bezoeken allemaal een aantal keer per dag het toilet. Daarbij wordt achteloos kilometers toiletpapier doorgespoeld. Dat komt terecht in het riool en bij de zuiveringsinstallaties. Daar denken de meesten niet verder over na. Gelukkig zijn er mensen als Chris Reijken (Waternet). Hij heeft een slimme manier bedacht om de cellulose (van het toiletpapier) terug te winnen uit het rioolwater. Voor deze ingenieuze innovatie heeft hij zelfs belangrijke prijzen gewonnen. Chris heeft tijd gevonden om de medewerkers van Waterproef te vertellen over deze mooie techniek. Een samenvatting:

Papier-maché
Door cellulose uit ons afvalwater te recyclen, kunnen we één flinke papierfabriek van zijn belangrijkste grondstof voorzien. Maar, hoe doe je dat? Eigenlijk is het vrij eenvoudig. Je haalt eerst het grove vuil uit het afvalwater en vervolgens met een fijnzeefinstallatie  de kleinere deeltjes. Een groot deel daarvan bestaat uit cellulose. Het lijkt een beetje op vuil papier-maché. Die drab kun je reinigen en dan hou je cellulosevezels over. Over het algemeen lange vezels, want daaraan ontleent het toiletpapier zijn zo gewenste sterkte. En die lange vezels zijn uitstekend geschikt om er weer uitstekend papier van te maken.

Plastic bekertjes
De teruggewonnen cellulose kan ook gebruikt worden voor andere doeleinden. Bijvoorbeeld als isolatiemateriaal, voor het maken van composiet of in de wegenbouw. Je kunt er zelfs plastic bekertjes mee maken, maar dat zal wel op esthetische bezwaren stuiten.

De relatie met Waterproef
De aanvoer van toiletpapier kent pieken en dalen. Om het terugwinnen van cellulose rendabel te maken, is het dus belangrijk om te weten wanneer je dat het beste doet. Want de hele dag zeven zet geen zoden aan de dijk. Daarvoor moet je cellulose kunnen meten. Niet alleen in hoeveelheid, maar ook qua vezellengte. En ook verder in het proces is monitoring nodig. Daar komt Stichting Waterproef dus in beeld. Er is echter één probleem: er is geen goede methode bekend voor de analyse van cellulose in (gezeefd) afvalwater en in zuiveringsslib! Samen met Waterproef (Angelique Schilder) is gezocht naar een geschikte methode. En die lijkt gevonden. We hebben in ieder geval een technische doorbraak in die zoektocht!

(Wordt vervolgd)

Waterproef in de krant

Bijgaand artikel in het Noord-Hollands Dagblad, editie Zaanstreek-Waterland spreekt voor zichhttp://hdc-nhd-primary-api.twipemobile.com/preview/1280/1800/91402

 

 

 

 

 

 

 

Kunst in de natuur

Als je gewoon om je heenkijkt, ontgaan je vaak de details van wat je ziet. Met een vergrootglas wordt dat heel wat makkelijker. Zo werkt dat ook bij fotografie. Een macrolens opent dan nieuwe werelden. Maar, zo’n macrofoto kan je ook op het verkeerde been zetten. Neem bijvoorbeeld bijgaande foto: In eerste instantie zie je wellicht de mondopening van een zeeanemoon en daaromheen de tentakels met de netelcellen. Maar als je goed kijkt, herken je de stamper en de meeldraden van (in dit geval) een pioenroos. Een kunststukje toch!

WiFi@Waterproef

Bezoekers kunnen gebruik maken van onze wireless internetverbinding. Je hebt daarvoor wel een toegangscode nodig. Wil je bij ons inloggen? Vraag dan bij onze receptie om de actuele toegangscode!

Iets bijzonders gezien?

Ziet u langs of in het water bijzondere planten of dieren? Laat het ons weten! Stuur een of meer goede foto's, een beschrijving van de vondst en de vindplaats naar waterpost@waterproef.nl. Onze biologen zijn er blij mee. En wanneer het echt om iets speciaals gaat, laten zij het u per omgaande weten.

Controlebezoek Raad voor Accreditatie


Begin mei kwamen diverse deskundigen van de Raad voor Accreditatie naar Waterproef voor hun jaarlijkse controlebezoek. Het resultaat was geweldig. Er werden slechts 13 B afwijkingen gevonden, die allemaal administratief kunnen worden afgehandeld. En dat is, gezien het grote aantal verrichtingen, een uitstekende score. Bij het reguliere anorganisch, organisch en microbiologisch onderzoek werd zelfs geen enkele afwijking gevonden.
13 B afwijkingen is de laagste score ooit uit de geschiedenis van Waterproef. Daaruit kan de conclusie worden getrokken, dat noch de veranderingen in de organisatiestructuur, noch de werkdruk en onrust, die een fusieproces met zich meebrengt, de motivatie en inzet van de medewerkers hebben geschaad. Terechte complimenten dus, alom!

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

Denken in Risico’s


(Dit artikel is deels gebaseerd op de lunchpresentaties van Ron van der Oost-Waternet en Marno van der Marel-Het Waterlaboratorium)
De chemische en farmaceutische industrie leiden tot een continue stroom van nieuwe producten en halffabricaten. Voor een deel betreft dat stoffen die schadelijk (kunnen) zijn voor alle levende organismen, dus ook voor de mens. De risico’s daarvan worden nogal eens onderschat. Te vaak wordt geschermd met het dogma ’Maar we meten toch’.
Daar zit echter wel een denkfout. Want bijvoorbeeld: Wat meten we – Kennen we alle potentieel gevaarlijke stoffen – Wat weten we van een cumulerend effect van verschillende stoffen? Hoe groot zijn de feitelijke risico’s en hoe kunnen we nog beter daarop anticiperen?

De klassieke beoordeling van de kwaliteit van ons oppervlaktewater is (nog steeds) voornamelijk gebaseerd op momentopnamen. En dat geldt vooral voor de chemische beoordeling. Maar er is een duidelijke roep om meer. Door de ontwikkeling van Passive Sampling is het nu mogelijk om gericht en over een langere periode naar (groepen van) stoffen te zoeken. Maar hoewel de moderne apparatuur, waarover een goed geoutilleerd laboratorium als Waterproef beschikt, het mogelijk maakt om steeds kleinere hoeveelheden van steeds meer stoffen te analyseren en te meten, blijft het een utopie om alles te kunnen en willen meten. En dat betekent dat we niet in stoffen maar in risico’s moeten denken.

Toxicologische tests kunnen helpen om risico’s in kaart te brengen. Voor het onderzoek van oppervlaktewater en slib zijn tests beschikbaar, die gebaseerd zijn op bacteriegroei, algengroei of gedragsverandering / dood gaan van Daphnia’s (watervlooien).
Het Waterlaboratorium maakt voor de controle van inlaatpunten van oppervlaktewater voor de drinkwaterbereiding - het Early Warning System - gebruik van testen met algen en Daphnia’s. Daarmee worden acute toxische verontreinigingen binnen enkele uren gesignaleerd. Ruim op tijd om maatregelen te nemen.
Stichting Waterproef voert in opdracht van Waternet toxproeven uit met extracten van Passive Sampling monsters. Door de combinatie van Passive Sampling en toxicologische tests kunnen ook zeer geringe verontreinigingen worden gemeten. Wanneer een afwijking wordt geconstateerd, worden de monsters uitgebreid onderzocht om de aard van de verontreiniging vast te stellen.

Vooralsnog worden toxiciteitsproeven bij Waterproef niet standaard, maar alleen als screening ingezet bij het onderzoek van oppervlaktewater en slib. Er zijn ook nog geen normen voor vastgesteld. En die zullen vast voor de hele EU moeten gelden…….

Ron van der Oost Marno van der Marel

 

 

 

 

Nieuwe apparatuur


Onlangs heeft Waterproef een ‘Solid phase clean-up and dillution unit’ aangeschaft. Met dit apparaat kunnen extracten van monsters automatisch worden gereinigd en verdund.

De voorbereiding blijft hetzelfde. Met een oplosmiddel, dat niet met water mengt, worden extraheerbare organische verbindingen uit het te onderzoeken monster gehaald. Dat gebeurt door oplosmiddel en monster intensief met elkaar te schudden. Daardoor verhuizen de extraheerbare stoffen naar het oplosmiddel. Daarna wordt het oplosmiddel afgetapt. Dit extract wordt vervolgens geconcentreerd door het oplosmiddel te verdampen. Het residu dat dan overblijft, bevat naast de te meten stoffen vaak veel storende verontreinigingen. Het moet dus eerst worden gereinigd.

De reinigingsstap gebeurde vroeger handmatig. Maar daar is nu de nieuwe apparatuur voor aangeschaft. Het principe blijft echter gelijk:
Het residu wordt eerst op een poederfilter gebracht (de solid phase). Vervolgens worden de verontreinigende stoffen weggespoeld met een oplosmiddel, dat alleen de verontreiniging meeneemt. Daarna worden de te meten stoffen met een daarvoor geschikt oplosmiddel van het filter gespoeld en gedroogd. Als laatste stap wordt het residu dan tot de gewenste mate verdund en kan er worden gemeten.

De nieuwe apparatuur gaat niet alleen flinke tijdwinst opleveren, maar ook nog betere analyseresultaten. Op dit moment zijn we bezig met test- en validatieprocedures. De verwachting is, dat de nieuwe apparatuur na de zomervakantie in gebruik kan worden genomen.


 

 

Colofon

Waterproef redactieraad

Waterproef redactieraad

E-mail ons uw tips of suggesties voor plaatsing in een volgende nieuwsbrief, of neem contact op via telefoonnummer 0299-391700.

  • Redactie Waterpost:

  • Emile Nat
    Hans de Bie
    Nel de Boer
    Rudolph Melis

    Lay out:
    Pim Koelma

     

Kort allerlei

Het laboratorium van Stichting Waterproef wordt regelmatig gebruikt bij filmopnames. Dit jaar bijvoorbeeld voor de tv-serie Dokter Deen en voor een film die in opdracht van HHNK wordt gemaakt. Kennelijk is het laboratorium ‘fotogeniek’.

Af en toe worden creatieve bestemmingen gevonden voor ons oude afgedankte glaswerk. Zo zijn reageerbuizen en erlenmeyers in een Purmerends atelier door mensen met een beperking op kunstzinnige wijze omgevormd tot bloemenstandaards. Oude objectglaasjes worden door een modelbouwer uit Volendam gebruikt bij het maken van deurtjes en ramen voor zijn poppenhuismeubilair.

Bij Petten wordt druk gewerkt aan een robuuste versterking van de zeewering. In het informatiecentrum Kust (het voormalige Dijk te Kijk, Strandweg 4 in Petten) vindt u in de interactieve tentoonstelling ‘Zand tegen Zee’ heel veel informatie over het hoe, wat en waarom van deze versterking. Het bezoekerscentrum is geopend van dinsdag t/m zondag van 10 tot 17 uur.  
Meer over dit unieke samenwerkingsproject van Rijkswaterstaat, Provincie Noord-Holland en HHNK vindt u ook op www.kustopkracht.nl.

Eerdere uitgaven van onze nieuwsbrief gemist? Je kunt ze allemaal terugvinden in het nieuwsarchief op onze website.